Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Alzo nam Jozua al dat land in, het gebergte, en al het zuiden, en al [16]het land van Gosen, en de laagte, en het vlakke veld, en het gebergte [17]Israels, en zijn laagte. 16. Zie boven, hfdst.10 vs.41. 17. Dat is, waarin Israel gewoond heeft, of hetwelk den stammen Israels, [uitgenomen Juda] ten deel gevallen was; die van den stam van Juda hadden hun eigen gebergte, gelijk blijkt vs.21.